Salta 10 januari 2016 – De laatste etappe voor de rustdag werd gekenmerkt door pittige buien en kolkende rivieren en werd hierdoor zelfs even stilgelegd, maar Tim Coronel liet zich niet gek maken en reed zijn Maxxis Dakar Buggy op een mooie 55ste plaats over de finish. Na een lange verbindingsetappe naar het bivak werd hij opgewacht door het team die hun eigen monster-etappe achter de rug hadden.
Er werd tijdens de 7de etappe van Uyuni naar Salta al slecht weer voorspeld, maar dat het halverwege de etappe zo slecht zou worden had niemand voorzien. De etappe was opgesplitst in 2 gedeeltes, maar werd halverwege stilgelegd. Een van de riviertjes waar de equipes doorheen moesten rijden was omgetoverd tot een kolkende watermassa. Na een kort oponthoud werd er na het geneutraliseerde gedeelte opnieuw gestart voor het 2de gedeelte van de etappe. Ook Tim had last van het vele water in zijn ‘open’ Buggy. “Het was een bizarre etappe vandaag. De Buggy deed het ook nu weer prima, maar het weer op het 2de gedeelte van de stage sloeg ineens om. Het stormde met een hoop bliksem en regen, dus je begrijpt wel dat ik het letterlijk niet droog hield in de Buggy. Ik heb verder eigenlijk probleemloos gereden. De etappe leek wel gemaakt voor mijn Buggy, hij vloog overal doorheen. Het enige probleem was eigenlijk het vele water. Mijn Buggy was een zwembad geworden alleen was ik mijn zwembroek vergeten in te pakken”, grapt Tim. “Misschien maar goed ook want het werd wel koud hoor. Ik ben blij dat we de etappe gefinisht zijn. Zondag even wat slaap inhalen tijdens de rustdag en dan kunnen we de Buggy weer klaar maken voor het tweede gedeelte van Dakar. We zijn op de helft!”
Na een uitstapje van 2 dagen heeft ook Tom zich weer bij het team kunnen voegen. Tom reed gisteren met de Buggy achterop een truck naar het bivak in Salta en stond Tim op te wachten in het bivak. Tom zal de laatste week van Dakar meerijden met het team om zijn broer aan te moedigen en natuurlijk jullie te voorzien van het laatste nieuws via de media kanalen en RTL GP.
Tekst: Martijn van Oort Foto: Dakarpress
